De Raspberry Pi is een alleraardigst klein experimenteercomputertje met groot potentieel. Maar er is méér onder de zon!
De Raspberry Pi is een micro-computer ter grootte van ongeveer een bankpasje. Feitelijk ontwikkeld om in armere landen ook computers in de schoolklas te introduceren. De vraag naar het apparaatje bleek echter ook in het ‘rijke westen’ gigantisch. Een trend was geboren. De Raspberry Pi koop je voor een paar tientjes. In de meest recente uitvoering krijg je daar een systeem met een quad core processor voor, gewapend met een 3D capabele GPU en 1 GB RAM. Plus de nodige poorten als USB, HDMI en ethernet. Ook is gedacht aan Bluetooth en Wifi. Na het installeren van het bijbehorende besturingssysteem (of een van de alternatieven) op een micro SD geheugenkaart kan je aan de slag. Via een al dan niet draadloze muis en toetsenbord wordt het geheel bediend. En daarmee ontstaat een gewone computer.
Programmeren en meer
Omdat de Raspberry Pi een besturingssysteem (het welbekende Linux) draait met een grafische gebruikersinterface is alles mogelijk wat je op een normale (Linux) PC ook doet. Althans, als je kiest voor niet ál te zware software. Met name het relatief kleine werkgeheugen van 1 GB is bij zwaardere software al snel een probleem. Het wérkt veelal wel, maar behoorlijk traag. Maar goed, de vraag is natuurlijk wie er op dit systeem met bijvoorbeeld zware 3D software aan de slag gaat. Vaak wordt de Pi gebruikt voor het experimenteren en om de eerste stappen op het vlak van programmeren te zetten. Dat laatste is letterlijk kinderspel dankzij de meegeleverde programmeertaal Scratch. Via blokken bouw je hierin razendsnel een programma. En natuurlijk werken ook reguliere programmeertalen als C, Python en veel meer moeiteloos. Kortom: een veelzijdig geheel. Maar er is meer dan de Pi alleen!
PINE
Eigenlijk werden wij weer eens herinnerd aan de Pi-alternatieven dankzij een aardige iBood-actie (waar tot vannacht een ‘Hunt’ gaande is, overigens). Daar werd namelijk gisteren voor net iets minder dan €20 een PINE A64 aangeboden. Inmiddels dáár niet meer te vinden. Maar vrees niet: ook bij de leverancier zelf kost het bordje slechts $29 dollar. Inderdaad: goedkoper dan de Pi. Maar wel voorzien van een ruimere hoeveelheid RAM (2 GB) én kant-en-klare ondersteuning voor Android. Dat laatste momenteel tot en met versie 7.1. Los van Android is tevens een serie andere besturingssystemen beschikbaar, waaronder natuurlijk Linux. De PINE is overigens ook in een goedkopere uitvoering leverbaar, maar heeft dan weer minder RAM aan boord. De fabrikant heeft ook nog de ROCK 64 MEDIA BOARD in het assortiment. De duurste uitvoering met 4GB RAM kost $44,95, vergelijkbaar met de Pi met slechts een kwart van deze hoeveelheid werkgeheugen.
Verder kijken
Kortom: als je echt aan het experimenteren wilt met micro-computertjes, dan is er veel meer onder de zon dan alleen de Pi. Voordeel van de Raspberry is dat er een extreem actieve community omheen hangt en dat ook de fabrikant een blijvertje lijkt. Dat weet je bij kleinere spelers natuurlijk nooit. Maar de iets langer lopende projecten kennen inmiddels ook een grote schare trouwe gebruikers. Dus daar zal het alvast niet aan liggen. De Raspberry Pi is dé standaard en trendsetter op het vlak van ultracompacte computertjes. Maar het loont zonder meer de moeite om je blik zo af en toe eens te verruimen. Wij wachten in ieder geval de komst van onze bestelde PINE af.
Ronald Smit kan dankzij een combinatie van een elektronica- en een journalistieke opleiding (afstudeerrichting radio en nieuwe media) technische zaken op een heldere en eenvoudige manier uitleggen. Zijn jarenlange schrijfervaring voor onder meer Computer Idee geeft u al snel de ‘aha-erlebnis’ waar u wellicht al zo lang naar op zoek was. En wordt het dan toch allemaal wat ingewikkeld, dan loodst hij de lezer snel en zeker langs eventuele barrières en valkuilen. De boeken van Ronald vind je hier.