betere landschapsfoto's met je iPhone

3 tips voor het maken van betere landschapsfoto’s met je iPhone

Scott Kelby schreef een het boek: Fotograferen met de iPhone met als ondertitel Professionele foto’s maken met de camera die je altijd bij je hebt. Natuurlijk heb je je smartphone altijd bij je. Het is je computer, je browser, je ereader en je telefoon. En vooral: het is je camera. Zo’n 90% van de foto’s die er geschoten worden, zijn afkomstig van mobiele telefoons. 90%! Natuurlijk wil je met zo’n smartphonecamera de beste foto’s maken. Kelby leert je dat voor de iPhone. Ken jij bijvoorbeeld de kaaklijntruc van Peter Hurley? Die beschrijft hij HIER op dit blog. Hieronder vind je 3 tips voor het maken van betere landschapsfoto’s met je iPhone.

Met de regel van derden dynamischere composities maken

betere landschapsfoto's met je iPhone

De klassieke regel van derden is nog steeds ongelooflijk populair, ondanks het feit dat die al in 1797 door een schilder werd uitgevonden (of ontdekt). Waarom is die nog steeds zo populair? Het effect werkt gewoon en het is gemakkelijk toe te passen. Het idee erachter is simpel: in gedachten verdeel je je foto in drieën en vervolgens plaats je je onderwerp daar waar de lijnen elkaar kruisen. Maar je hoeft het je eigenlijk helemaal niet voor te stellen. Je kent vast wel het lijnenraster dat over je foto ligt als je de Camera-app van je iPhone opent? Dat raster is al ingesteld volgens de regel van derden. Zo populair is deze techniek. (Als je het raster niet ziet, ga dan naar de app Instellingen, tik op Camera en zet vervolgens onder Compositie de knop Raster aan). Dit raster van derden gaan we nu gebruiken.

Niet in het midden

Als je een portret maakt, weet je nu al dat je je onderwerp beter niet in het midden moet plaatsen, alleen als het niet anders kan. De foto wordt een stuk interessanter als je je onderwerp op de linker of rechter verticale rasterlijn plaatst (ongeveer eenderde van de rand van de foto). Dit is gemakkelijker als je horizontaal fotografeert (landschapsmodus, met je telefoon op z’n kant gedraaid) of als je onderwerp zich enkele meters naar achteren bevindt, zodat je wat ruimte hebt voor een compositie volgens de regel van derden. Als je een onderwerp fotografeert (bijvoorbeeld een grote rots aan het eind van een meer), dan plaats je de rots ofwel links ofwel rechts, maar je gaat nog een stap verder en je gebruikt de kruisende lijnen om hem precies op de ideale plaats te zetten. Er zijn vier plekken waar de lijnen elkaar kruisen. Dat is handig omdat je onderwerp boven of onder in het kader kan staan. Je gebruikt het gebied dat voor je foto het meest logisch is. Bij landschappen gebruiken we de regel van derden een beetje anders (zie hieronder). Daar volgen we een heel specifieke regel, maar die werkt wel heel goed.

Waar plaats je de horizon?

Die regel van derden pas je bij landschapsfotografie als volgt toe: je gebruikt hem om het deel van de foto (de lucht of de voorgrond) dat er het beste uitziet te benadrukken en verbergt vervolgens de delen die niet zo geweldig zijn. Als je bijvoorbeeld een prachtige lucht hebt, wil je daar meer van laten zien, dus plaats je de horizon in het onderste derde deel van de foto. Op die manier zie je veel meer van de geweldige lucht en wolken. Als je daarentegen een saaie onbewolkte lucht hebt, dan wil je daar niet veel van zien. In dat geval plaats je de horizon in het bovenste derde deel van het beeld (zie afbeelding). Dit betekent dat het grootste deel van het beeld bestaat uit de voorgrond en alleen het bovenste derde deel (of minder, afhankelijk van hoe je de opname kadreert) de lucht toont. Je laat dus meer van de goede delen zien en verbergt datgene wat er niet zo goed uitziet. Het is een eenvoudige regel om te onthouden en nog belangrijker: hij werkt. Zo maak je echt betere landschapsfoto’s met je iPhone.

Scheve foto’s voorkomen

Op een scheve horizon in een foto krijg je vaak dezelfde reactie als een foto die scheef aan de muur hangt; dat irriteert mensen. Maar het is gemakkelijker een foto die scheef aan de muur hangt recht te kantelen, dan te zeggen: ‘Hé, je foto is scheef!’ Hoe omzeil je nu het probleem van de scheve foto? Zorg ervoor dat je het raster hebt ingeschakeld. Dit volgt de regel van derden in het scherm van de Camera-app (waar je de foto ziet die je gaat maken). Je gebruikt de horizontale rasterlijnen om ervoor te zorgen dat de horizon perfect horizontaal is. Kantel je iPhone gewoon een beetje totdat de horizon en een horizontale rasterlijn perfect op één lijn liggen (zie afbeelding). Als die twee lijnen gelijk lopen zijn, is je foto mooi recht. Je geeft het raster als volgt weer: ga naar de app Instellingen, tik op Camera en schakel vervolgens de optie Raster in.

Een compositietip uit dit boek voor portretten vind je HIER.

 

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.