Analoog fotograferen is weer helemaal terug. De charme van het werken met oude camera’s, film en chemie stijgt in populariteit, vooral bij jongere fotografen. Er zijn mensen die zelfs weer een donkere kamer inrichten, maar de meeste analoge fotografen gebruiken film die ze inscannen en daarna digitaal bewerken. Met dit gemengd werken, heb je het beste van twee werelden. Hoe pak je analoog fotograferen en digitaal bewerken handig aan?

Het genieten van het analoge proces, de echtheid van het werken met unicaten, de tijdloze warmte en de mogelijkheid om je als fotograaf te onderscheiden, zijn enkele redenen waarom het fotograferen op film weer populair is. Gemengd of hybride werken kun je op verschillende manieren doen: van analoog opnemen via digitaal bewerken tot weer analoog afdrukken. Bij elke stap kun je kiezen voor de techniek die je het beste bevalt en bij elke stap kun je weer voor de techniek die je het beste bevalt en bij elke stap kun je weer overschakelen naar een andere techniek.

Van film naar digitaal
Het proces begint meestal met opnemen op film die je zelf ontwikkelt of laat ontwikkelen. Die ontwikkelde film kan op verschillende manieren worden vertaald naar een digitale versie. Scannen is de meest voor de hand liggende optie. Helaas zijn speciale filmscanners, die alleen maar positief- of negatiefmateriaal kunnen scannen, zeldzaam geworden. Dat zijn wel de apparaten die de hoogste kwaliteit konden leveren voor wat betreft scherpte en oplossend vermogen. Vlakbedscanners die gemaakt zijn om afdrukken of documenten te scannen, leveren een minder goede kwaliteit. Handig is, dat de software in staat is om van kleurnegatief meteen een heel behoorlijke positieven te maken omdat er veel kennis voor het corrigeren van het oranje masker in de software is verwerkt.

Reproduceren
Een andere optie is om de negatieven en dia’s toe fotograferen met een digitale camera: ze te reproduceren. Als het objectief goed is, bij voorkeur een macro-objectief, krijg je veel betere resultaten dan met een scanner. De witbalans stel je in op de kleur van de lichtbak, die wel zo dicht mogelijk het daglicht moet benaderen, anders wordt het voor kleurenfoto’s niks. Ook hier geldt dat dia’s heel gemakkelijk om te zetten zijn naar een digitale foto. Zwart-wit negatieven zet je na het scannen ook eenvoudig om naar een positief. Kleurnegatieven zijn ook hier iets moeilijker door het oranjemasker. De correctie daarvan vereist veel inzicht en tijd. Gelukkig is er inmiddels een plug-in in Adobe Lightroom die eenvoudig kleurnegatieven omzet in foto’s die er vrijwel altijd goed uitzien. Wil je foto’s alleen maar delen, dan zijn er apps voor je telefoon die zonder meer negatieven omzetten in een positief.

Bewerken
Als je eenmaal een digitale versie hebt van je negatief, dan kun je daar alle digitale bewerkingsmethoden op inzetten: aanpassingslagen met maskers in Photoshop, maskers of selecties met aanpassingen in andere programma’s. Je kunt het contrast en de helderheid gemakkelijk aanpassen, evenals doordrukken en tegenhouden. Er zijn zelfs bewerkingen mogelijk die in de donkere kamer heel moeilijk zijn, zoals het aanpassen van het verlies aan contrast bij te sterk tegenhouden. Je kunt dan de helderheid in dat gedeelte aanpassen en tegelijk het contrast verhogen.
Afdrukken
Meestal druk je digitale foto’s af op een inkjetprinter. Als je alles in het proces goed hebt gedaan, is op die afdruk het analoge karakter van je materiaal goed terug te zien. Er zijn prachtige papiersoorten die behoorlijk lijken op echt fotopapier. Een andere optie is om papier te kiezen dat weer een eigen structuur aan de foto toevoegt, wat je dan weer als een analoge eigenschap van de afdruk kunt zien.
Er zijn ook manieren om afdrukken van digitale bestanden op echt fotopapier te krijgen. Ook zijn er fotolabs die gebruikmaken van een digitale belichter, waarmee deze handeling voor je wordt uitgevoerd.
Hybride workflow met analoog en digitaal
Als je het zelf wilt doen is de goedkope oplossing om het negatief af te drukken met een inkjetprinter op het gewenste formaat op heldere folie. Van die folie kun je vervolgens contactafdrukken maken op echt fotopapier. Er zijn daarbij twee dingen om op te letten: de juiste belichting om het wit precies goed op de afdruk te krijgen en vervolgens of het zwart ook echt zwart wordt. Als de donkerste partijen helemaal dichtlopen, moet je met een curve-aanpassing het wit van de afdruk op de folie donkerder maken en het uitvoerniveau omlaag brengen. Daarna moet je nog controleren of het contrast klopt. Als je dat allemaal hebt uitgezocht, is het voordeel dat je dit op elke foto kunt toepassen. Met een beetje oefening lukt dit allemaal na verloop van tijd en dan heb je een uitstekende hybride workflow ingericht.
Focus op Fotografie: Analoge fotografie

Dit artikel komt uit het boek Focus op fotografie: Analoge fotografie. De charme van het werken met oude camera’s, film, chemie en een donkere kamer waar de spanning van het wachten op het resultaat deel van uitmaakt, is enorm in populariteit gestegen. Het boek biedt aan fotografen die deze vroegere manier van werken niet of onvoldoende kennen een flinke handreiking om aan de slag te gaan. Er is een klein overzicht van de soorten camera’s waar je uit kunt kiezen. Wat voor type film gaat daarin en hoe plaats je de film eerst in de camera en later in de ontwikkeltank als je zelf in de donkere kamer aan het werk wilt gaan. De technische basis van het fotograferen komt aan de orde, je moet bij de meeste oudere camera’s namelijk alles zelf instellen om een goed belicht negatief te krijgen. De dingen die je nodig hebt voor het werken in de donkere kamer om de belichte film te ontwikkelen en af te drukken, worden allemaal uitgelegd.
Op dit blog verscheen een interview met de auteur van het boek, Eduard de Kam: ‘Een mooie korrel valt digitaal niet na te bootsen’.
Meer lezen over fotografie?
- Generatief verwijderen, vullen en uitbreiden in Photoshop
- Betaalde en gratis alternatieven voor Photoshop
- Compositieregels voor fotografie in de praktijk
- Het gebruik van de Gulden snede bij het maken van een compositie
- Alternatieven voor Lightroom Classic
- De gereedschappen voor RAW-ontwikkeling in Affinity Photo 2
- Niet-destructieve RAW-ontwikkeling in Affinity Photo 2
- Compositietips voor fotografie
- ‘Gebruik compositieregels in je voordeel, maar houd er niet krampachtig aan vast!’

Eduard de Kam is eind jaren 1970 begonnen met het fotograferen van nieuws en andere gebeurtenissen. In 1982 maakt hij een documentaire in opdracht van het Rijksmuseum. Daarna volgden er allerlei andere fotografische activiteiten. Sinds 1990 volgt hij de ontwikkelingen van de digitale fotografie voor het tijdschrift P|f. In 2000 is hij medeoprichter van het NIDF om de Nederlandse beroepsfotografen op de hoogte te houden van de digitale mogelijkheden. Hij is actief als schrijver van technische boeken op fotografisch gebied, hij geeft workshops en is expert op het gebied van kleurbeheer en het herkennen van fotomanipulatie. De boeken van Eduard vind je hier.